Verminderingsdrempels voorlopig sociale bijdragen afgeschaft sinds 01.01.2022

Zelfstandigen betalen eerst voorlopig sociale bijdragen op basis van hun inkomen van drie jaar voordien.

Verminderingsdrempels voorlopig sociale bijdragen afgeschaft sinds 01.01.2022

Zelfstandigen betalen eerst voorlopig sociale bijdragen op basis van hun inkomen van drie jaar voordien. Die bijdragen worden geregulariseerd naar definitieve bijdragen zodra de inkomsten van het bijdragejaar gekend zijn. Voor bijdragejaar 2022 is 2019 bijgevolg het refertejaar. Er moet dan ofwel bijbetaald worden, ofwel krijgt de zelfstandige geld terug.

Als de zelfstandigie opmerkt dat de berekeningsbasis voor zijn sociale bijdragen te hoog is, kan hij bij zijn sociale kas een vermindering aanvragen voor zijn sociale bijdragen, rekening houdend met de inkomstendrempels. Afhankelijk van welk statuut de zelfstandige heeft (hoofdberoep, bijberoep, meewerkende echtgenoten, student-zelfstandigen, etc.) zijn er andere drempels van toepassing. De berekeningsbasis van de sociale bijdragen kan enkel verlaagd worden naar een inkomstendrempel als het geraamd netto belastbaar jaarinkomen onder deze drempel valt.

Voor een zelfstandige in hoofdberoep gaat het om volgende verminderingsdrempels (2021):

Inkomensdrempels

Kwartaalbijdrage in €

< 14.042,57

741,63

< 17.692,54

934,40

< 22.291,20

1.177,27

< 28.085,15

1.483,26

< 39.718,41

2.097,65

< 56.170,30

2.966,53

 

Sinds 01.01.2022 moet geen rekening meer gehouden worden met de inkomstendrempels om een verlaging van de berekeningsbasis van de sociale bijdragen aan te vragen (KB 23.12.2021, BS 18.01.2022). De berekeningsbasis kan dan effectief verlaagd worden naar het geraamd netto belastbaar jaarinkomen.

Nemen we als voorbeeld een zelfstandige in hoofdberoep (bestuurder van een vennootschap) die als berekeningsbasis voor zijn sociale bijdragen een netto belastbaar beroepsinkomen van € 25.000 heeft en die omwille van de coronacrisis en financiële tegenslagen zijn bezoldiging heeft verlaagd, waardoor hij voor het huidige jaar een geraamd netto belastbaar beroepsinkomen van € 16.000 heeft. Met de vorige regeling kan de zelfstandige de berekeningsbasis voor zijn sociale bijdragen enkel laten zakken naar de inkomstendrempel van € 17.692,54 en dus niet naar zijn geraamd netto belastbaar beroepsinkomen van € 16.000. Met de afschaffing van de verlagingsdrempels zal de zelfstandige zijn berekeningsbasis wel kunnen verlagen naar € 16.000 (om daarop haar voorlopige sociale bijdragen te laten berekenen), zonder dat dus rekening met gehouden worden met de wettelijk vastgestelde verminderingsdrempels. Houd er wel rekening mee dat o.m. voor zelfstandigen in hoofdberoep de wettelijke minimumdrempel behouden blijft. Zij kunnen m.a.w. nooit minder voorlopige sociale bijdragen betalen dan de minimumbijdrage.